Beste Lezer,

 

Een tijd geleden ging er bijzonder veel aandacht naar een rapport over de huidige president van Amerika. Het rapport had het over zijn zwakke geheugen en het verhaspelen van zinnen. Al vlug werd in vraag gesteld of deze ‘oudere zwakke man’ nog leiding kon geven. De president beet terug met enkele stevige opmerkingen. Hij wees er de journalisten op dat hij ondanks zijn leeftijd wel één en ander voor mekaar gekregen had in dat grote land.

Het is niet mijn bedoeling, lezer, om je lastig te vallen met zorgen om de Amerikaanse verkiezingen.

Wat mij bekommert zijn volgende vragen: wanneer doe je je job al dan niet goed, en speelt ouderdom daarbij een rol?

In ons land worden we allen met pensioen gestuurd vanaf een bepaalde leeftijd; voor sommigen kan dat niet vroeg genoeg zijn en voor anderen mag het werk blijven duren.

Intussen zijn er flexijobs uitgevonden zodat ouderen die dat willen, of het geld nodig hebben, nog aan de slag kunnen.

Wat me frappeert in die hele heisa is de negatieve beeldvorming rond ouder worden en actief zijn.

Foto Herman Baert

Wat is het ergst: af en toe een zin verhaspelen, een datum vergeten of manipulatieve, populistische of zelfs misdadige uitspraken doen? En geloof me: je hoeft niet oud te zijn om daar kwistig mee om te springen. Kunnen we niet beter pagina’s wijden aan de vraag of politiek leiderschap voor mensen met manipulatieve intenties, jong of oud, nog wel kan? Het lijkt me een prangender vraag.

Vanavond werd ik getroffen door een Tv-documentaire over een ouder echtpaar dat al meer dan veertig jaar in een wild stukje Ierland woont. Geen glamour en glitter, gewoon een lang interview met twee mensen die genezing en aarding vonden in het creëren van een bloem- en bosrijk paradijs middenin een veengebied op het westelijk puntje van Ierland. Ze voelden zich één met de aarde. Hun rust, hun creatieve en ecologische daadkracht deed hen, ondanks alle bescheidenheid, stralen en was inspirerend. Aan het eind van de documentaire vroegen ze zich af hoelang ze dit fysiek zeer actieve leven nog zouden aankunnen, ze waren moe.

Wanneer je veel geleefd hebt, hard gewerkt, je lichaam langzaamaan aftakelt, kan het gebeuren dat je te moe bent, de berg te groot wordt.

Wanneer de interviewer vroeg hoe ze de toekomst zagen twijfelden ze, tot ze, gezeten vlak bij de oceaan, de magische zin uitspraken: “Er ligt een zee aan mogelijkheden voor onze laatste levensfase: het mag verrassend zijn”. De interviewer was zichtbaar ontroerd dat deze doorleefde mensen niet spraken over het schemerlicht van de ouderdom maar over het licht.

Het wierp meteen ook een ander licht op ouder worden: niet alleen een somber aftakelend gegeven maar eerlijk en nuchter behorend tot het leven. De laatste levensfase waarin nog vanalles kan gebeuren dit naargelang jouw mogelijkheden, je passies, je ervaring en het lot. Eerder al hadden ze duidelijk gemaakt dat het leven niet noodzakelijk gemakkelijk moet zijn, en zij die jaren zonder stromend water en elektriciteit hadden geleefd konden het weten.

Dit sterk portret staat in schril contrast met het gangbare denken over oud, ouderdom en wat nog mogelijk is. Waarom ons daar niet op focussen?

Mv

Frauke J.

 

Comment