Viewing entries in
fietschaos

Comment

Frauke Jemand brief 175 : 'Iedereen op de fiets' zeven jaar later

Beste Lezer,

Met permissie: tot nu toe noemt niemand mij een expert, maar met het gezond verstand kom je ook een heel eind. Zeven jaar geleden schreef ik je mijn eerste brieven, en raar maar waar: ik maakte me toen zorgen over het toenemende fietsverkeer. Alsof ik met een zienersblik zag of beter: aan den lijve ondervond waar de obstakels zich opstapelden.

Ik schreef je toen dat ik opnieuw op de fiets gestapt was gezien de slogan van de tijd - ‘Iedereen op de fiets’ - en ik had het over de veranderingen op het fietspad.

Het verschil met vroeger was dat ik me niet langer alleen op het fietspad bevond, we waren met velen. Tot mijn verbazing was dat fietspad desondanks niet zoveel breder geworden. Een snorfiets raakte, op een haar na, mijn volle fietstassen. Langs een drukke weg kwam me plots een fietser in tegengestelde richting tegemoet. Een beetje paniekerig begon ik te bellen maar ik kreeg een middelvinger, blijkbaar was dit stukje fietspad tweerichtingsverkeer. Fietsen van allerlei formaten en met verschillende snelheden passeerden mij”

Intussen is er nog een veelheid aan bak- en elektrische fietsen, pedelecs, steps en fatbikes bijgekomen, maar in mijn buurt en ook in de stad zijn de fietspaden niet noemenswaardig breder geworden.

“….. in de stad geraakte ik even uit koers, want fietsers reden er kriskras door elkaar en voetgangers baanden zich tussenin een weg. Ik had al mijn concentratie nodig om heelhuids uit die doolhof te geraken.”

Nu zijn de ongelukken tussen fietsers en voetgangers en fietsers onderling schering en inslag. Merkwaardig genoeg zie ik momenteel meer auto’s stoppen bij een zebrapad dan fietsers en het is vooral de voetganger die de klos is.

‘Iedereen op de fiets’ is toe te juichen, maar wie is ‘iedereen’ ?

Vandaag vraag ik me dat nog meer af dan zeven jaar geleden. En wanneer spreken we nu van ‘de langzame weggebruiker’? Tot op vandaag wordt daaronder verstaan: de voetganger, de fietser en de ruiter. Aangezien 80% elektrisch rijdt, en sommige tot 25km/uur, kunnen we bezwaarlijk nog van langzaam spreken. Onlangs voerde een groep mensen actie tegen het onveilig weg- en voetpadverkeer. Aangezien de ‘zogenaamde langzame weggebruiker’ ook in sommige winkelwandelstraten mag snorren voelen wandelaars en langzame fietsers zich nergens meer veilig.

Bravo dat de tijden veranderen en dat er alles aan gedaan wordt, ook in het verkeer, om het klimaat te verbeteren.

Tegelijk vraag ik me af waarom er iedere keer weer op korte termijn gedacht wordt. Ik ben geen verkeersdeskundige, maar toch: waarom worden er vooraf geen plannen gemaakt om na te gaan hoeveel vehikels op wielen een moordstrookje langs een steenweg kan slikken, hoe mensen zich gedragen wanneer ze wielen, dikke wielen, elektriciteit, snelheid onder zich voelen en of de voetganger het echte voetvolk of beter de underdog in het verkeer geworden is, en ook: welke nieuwe verkeersregels nodig zijn wanneer het verkeer anders wordt ingevuld?

Deze verkeersleek denkt dat als die vragen tien jaar geleden voorwerp van onderzoek geweest waren, dit nu wellicht zou resulteren in minder ongelukken en minder ergernis tussen de verschillende weggebruikers.

Mvg,

Frauke J.

 

Comment

Comment

Frauke Jemandbrief 167 : ‘Omarm de traagheid’: het verkeer


Beste Lezer,

‘Omarm de traagheid’: deze titel stond onlangs in de krant. Ik vond het een mooie gedachte.

De traagheid omarmen is zowaar mijn mantra geworden wanneer ik me op de openbare weg begeef. Wanneer ik traagzaam, niet-elektrisch laveer tussen elektrische steps, bak- en andere fietsen flitst deze zin door mijn hoofd. Als een weerkerend refrein is hij aanwezig wanneer ik in het spitsuur als voetganger een poging waag om de hoofdstraat over te steken.

Terwijl alle elektrische tweewielers mij links en rechts voorbij sjezen voel ik me meer en meer een eenzaam wezen in een krabbenmand, en omarm ik de traagheid.

Waarom langzaam wanneer het ook snel kan? Waarom vijf km per uur rijden wanneer je fiets er 25 kan? Met al die gewonnen tijd kun je zoveel meer doen! Maar wat wil dat zeggen, zoveel meer doen? Wat doen mensen zoal met de ‘gewonnen tijd’?

Foto: H.Baert

Mensen vragen mij: waarom rij jij niet elektrisch, het is zoveel efficiënter? Elke poging om uit te leggen waarom faalt, er zijn immers argumenten genoeg om het rijden sneller te laten verlopen.

En toch, al sinds de jaren tachtig is er een hang naar vertragen: er zijn trends en bewegingen die pogingen doen om het traagzame, tegenwoordig slow genaamd, in ons leven terug te brengen. In Italië was er een beweging die slow food promootte, op verschillende plaatsen in Vlaanderen probeert men slow music te introduceren. In Nederland is er zelfs een organisatie die allerlei cursussen, lezingen en activiteiten organiseert om het traagzame leven een plek te geven.

Vooralsnog zie ik dit streven niet in de chaos van ons verkeer aanwezig. Bijzonder goed dat er zoveel meer mensen op de fiets zitten dan vroeger, helaas crossen ze veelal op veel te smalle fietspaden en krijg je dezelfde reflexen als in het autoverkeer: bellen wanneer het niet vlug genoeg gaat, rechts voorbijsteken, iemand bijna omverrijden. Je bent pas een sukkel wanneer je de traagheid omarmt als de school uit is: fietsen, steps, brommers, bakfietsen en auto’s stuiven de baan op.

Eerlijk? Ik voel me op een dergelijk ogenblik meer verwant met de kleuter- en lagereschoolkinderen die aan een gezapig tempo huiswaarts gaan. Ik pleit, net als bij het spoor, voor een hoge snelheidsbaan en een trage baan in het fietsverkeer. Zodat er toch ook plaats blijft voor wie de traagheid omarmt.

 Mvg

 Frauke J.

 

 

 

Comment

Comment

'Iedereen op de fiets'

Frauke_Fiets-46.jpg

Frauke brief 3

Beste lezer,

‘Iedereen op de fiets’

 Deze veel gehoorde slogan indachtig stapte ik onlangs terug de fiets op. Het was vele jaren geleden en dus even wennen. Al voelde het in het begin wat houterig, toch bezat ik nog genoeg trapautomatisme om de juiste cadans te vinden. Het verschil met vroeger was dat ik me niet langer alleen op het fietspad bevond, we waren met velen. Tot mijn verbazing was dat fietspad desondanks niet zoveel breder geworden. Een snorfiets raakte, op een haar na, mijn volle fietstassen. Langs een drukke weg kwam plots een fietser in tegengestelde richting me tegemoet. Een beetje paniekerig begon ik te bellen maar ik kreeg een middelvinger, blijkbaar was dit stukje fietspad tweerichtingsverkeer. Fietsen van allerlei formaten en met verschillende snelheden passeerden mij. Om in de stad te komen lagen er nog behoorlijk wat hindernissen op mijn pad. Minstens drie bouwwerven in één straat dirigeerden me van het fietspad af. Hier en daar stonden kleine bestelwagens op het fietspad geparkeerd. In de stad geraakte ik even uit koers, want fietsers reden er kriskras door elkaar en voetgangers baanden zich daartussenin een weg.

Ik had al mijn concentratie nodig om heelhuids uit die doolhof te geraken. Bovendien had ik weinig houvast: de stoplichten waren verdwenen en ik zag bijna geen zebrapaden meer. Voor veel fietsers was links of rechts houden een achterhaalde verkeersregel. Net nu we voor alles in het leven regels uitvinden worden deze in het verkeer geschrapt en dat op een ogenblik dat er meer fietsers dan ooit zijn.

‘Iedereen op de fiets’ is toe te juichen, maar wie is ‘iedereen’? Is ‘iedereen’ ook het kind dat pas fietst, de ouder wordende mens die ook niet altijd zeker van zichzelf is in het verkeer? Is dat ook de minder behendige, de lamme, de kreupele, de dove en de blinde? Wie staat model voor ‘iedereen’? Na mijn stressvolle fietstocht dacht ik dat ‘iedereen’ best fietsvaardig, gezond en een beetje maar niet té jong is om de huidige situatie aan te kunnen.

Op mijn terugweg uit de stad zocht ik mijn weg op een druk kruispunt. Iemand riep ‘kan het niet wat sneller moeke?’ Verontwaardigd hield ik mijn gelijkmatige tred. Neen, mij fietsen ze zo rap (nog) niet van mijn sokken.

 Mvg,

 Frauke J.

Comment